top of page
  • Foto van schrijverMaartje

De Jaren van Annie Ernaux en Eline Arbo


Met Les Années, in het Nederlands vertaald als De Jaren, beschrijft de Franse schrijfster Annie Ernaux het verstrijken der tijd van 1941 tot 2006. Ze gebruikt haar eigen leven als startpunt, en vertelt zo een verhaal dat even even groot is als klein, even sociologisch als intiem. Het wordt geroemd als een autobiografie van onze tijd. Maar toen ik het voor het eerst las, werd ik geraakt door de feministische kracht ervan. Want deze zes decennia die we zo goed kennen, worden nu beschreven door de lens van een vrouw. Zo lezen we niet alleen hoe het kapitalisme deze wereld steeds meer in zijn greep krijgt, maar ook hoe een meisje tegelijkertijd vrouw wordt.


Dans ses représentations de l’avenir le plus lointain – après le bac – elle se voit, son corps, son allure, sur le modèle des magazines féminins, mince, les cheveux longs flottant sur les épaules. Elle est devenue institutrice quelque part, peut-être à la campagne, avec une voiture à elle, signe suprême d’émancipation.

We lezen hoe de seksuele revolutie in de jaren zestig de zeden opschudt, hoe seksueel genot het hoogste doel lijkt te worden, hoe de positie van vrouwen ter discussie wordt gesteld, en hoe dat achter de voordeur weinig concreet effect heeft.


On reparcourait nos vies, on se sentait capables de quitter mari et enfants, de se délier de tout et d’écrire des choses crues. De retour à la maison, la détermination refroidissait, la culpabilité sourdait. On ne voyait plus comment on pourrait s’y prendre pour se libérer – ni pourquoi.

We lezen hoe een nieuwe generatie vrouwen opgroeit met een schijnbaar vanzelfsprekende vrijheid, hun schoonheid gevierd in vrouwenbladen en hun emancipatie bewezen in artikelen over hoe ze mannen versieren. Het feminisme is voor hen iets van een verloren tijd, een strijd waar ze zelfs met enige minachting op neerkijken. We lezen hoe de vrouw die streed voor hun vrijheid intussen op een leeftijd komt waarop ze alleen is, gescheiden van haar man en met een leeg nest sinds haar kinderen het huis uitgingen, en langzaamaan onzichtbaar wordt voor de buitenwereld.


Nous qui avions avorté dans des cuisines, divorcé, qui avions cru que nos efforts pour nous libérer serviraient aux autres, nous étions prises d’une grande fatigue. Nous ne savions plus si la révolution des femmes avait eu lieu.

Toen regisseur Eline Arbo (S2, E3) het boek las, wist ze meteen: ‘Dit is voor mij geschreven. De stijl van Annie Ernaux is zo treffend en universeel dat al die herinneringen ook resoneren in mij. Haar beelden roepen een gevoel van nostalgie op, maar tegelijkertijd ook schaamte en woede.’


Arbo vertaalde het boek naar een toneelstuk dat deze week in première ging en jubelend wordt ontvangen, net als de boeken van Annie Ernaux. Nu althans. Anne Ernaux schrijft al decennia boeken die zich ergens in een origineel genre tussen essays en romans bevinden en ook niet echt particuliere memoires genoemd kunnen worden, ook al gaan ze over haar abortus, over haar ontmaagding en haar ontwikkeling als vrouw. Ze gaan ook over culturele omwentelingen, over de tijdgeest en hoe deze vat heeft op onze individuele levens en verlangens. Ze gaan over iets wat groter is dan Ernaux zelf en ook groter dan wij allemaal. Collectieve memoires, ja, maar dan wel verteld vanuit een vrouwelijk perspectief. En dat is een perspectief dat laat zien hoezeer deze wereld onderscheid maakt tussen mannen en vrouwen, hoezeer het uitmaakt of je als man of als vrouw geboren wordt – voor je keuzes, je zelfbeeld, voor je lichamelijke zelfbeschikking, voor je gevoel van vrijheid.


Ze werd ervoor verguisd. Ze werd 'Madame Ovary' genoemd, naar Flauberts Madame Bovary, omdat ze met haar eierstokken zou schrijven. Ze werd indécent genoemd en impudique, onfatsoenlijk en schaamteloos, omdat ze schreef over dingen waar je over behoorde te zwijgen als vrouw. Pas de laatste jaren breekt ze door bij het internationale publiek en oogt ze lof. Onlangs won ze de Nobelprijs voor de Literatuur, volgens de Zweedse academie vanwege haar moed en scherpte. Er lijkt een stille revolutie gaande in de letteren, waarin persoonlijk schrijven niet meer als louter feminien wordt gezien.


Dit is om meerdere redenen belangrijk. Niet alleen omdat prachtige, indringende en wijze boeken zo onze boekenkast bereiken en andere auteurs kunnen inspireren om ook moedig en scherp te zijn, maar ook omdat dit vrouwelijke perspectief op onze collectieve tijd essentieel is. Het laat zien hoe ‘gendered’ onze maatschappij is, niet alleen voor vrouwen, maar ook voor mannen. Ook voor mannen gelden rolpatronen en verwachtingen voor hoe ze moeten zijn. En al is de keuzevrijheid van vrouwen duidelijker ingeperkt hierdoor, het is ook voor mannen niet evident om te worden wie ze zijn in een wereld waarin hun sekse bepaalt welke norm voor hen geldt. In zo’n wereld zijn tal van subtiele en veelal onbewuste mechanismen aan het werk die in onze hoofden kruipen en ons het zicht ontnemen op wat nu onze werkelijke verlangens zijn, en wat is geconditioneerd.

Zoals Ernaux schrijft in La femme gelée (1981):


“Pas facile de traquer la part de liberté et celle du conditionnement.”

Hoe vrij zijn we dan werkelijk? De vraag stellen is hem beantwoorden. Daarom is het zo belangrijk dat schrijvers als Ernaux zulke vragen opwerpen, en dat toneelmakers als Eline Arbo ze naar het theater brengen.


‘De Jaren’ van Eline Arbo is nu te zien in het theater, kaarten via Het Nationale Theater



37 weergaven0 opmerkingen

Recente blogposts

Alles weergeven
bottom of page